Vandaag de laatste dag. Ik moet om 6 uur even naar het toilet als ik zie dat Teunie zich al aan het aankleden is. Ze wil even langs het strand wandelen. Ik ga ook mee. Het is tamelijk rustig, maar de eerste auto’s staan al in de rij voor de boot naar Harlingen. Lekker vroeg en dan al in de rij.
We wandelen richting het groene strandje. Op een bepaald moment komt de zon over de bomen heen en het strand krijgt dan wel een heel speciale kleur. Echt mooi om te zien.
Om vijf voor acht zijn we weer op de boot en Coen en Jack gaan samen broodjes halen. Als ze terug zijn, komt een buurman zeiler aan ons vragen of wij ook willen vertrekken. Hij moet er tussenuit en wij liggen in de weg. We willen dat wel doen. Bas gaat nog even naar de havenmeester het havengeld betalen en dan gooien we de trossen los en varen we de haven uit. Iets eerder dan verwacht, maar dat is niet erg.
We varen eerst een stukje op de motor. We moeten even precies de geul volgen en dan gaat niet makkelijk op zeil. Ondertussen maak ik de zeilen klaar voor hijsen. Als we goed en wel uit de geul zijn hijsen we het grootzeil en de fok bijna tegelijkertijd. Er staat een matig windje, iets meer dan drie, maar het gaat lekker.
Gedurende de dag wordt de wind steeds minder en uiteindelijk is de stroom sterker dan de wind. We hebben stroom tegen, dus we drijven weer gewoon terug. De GPS geeft aan dan we á 0,2 knopen gaan. We varen dus letterlijk achteruit. Dus de motor erbij. Jammer maar we moeten toch echt naar Harlingen vandaag.
Ergens rond twee uur steekt er een klein briesje op. We varen behoorlijk voor de wind en ik zet de fok met de stok “te loeverd”. We hebben nu het grootzeil, de fok en de kluiver op de boot staan. Ziet er indrukwekkend uit. We varen 2 knopen. Niet hard, maar we gaan weer vooruit.
In het zicht van de haven halen we de kluiver naar binnen. We vouwen hem netjes op en leggen hem weer op zijn plekje (onder de trap in het vooronder). Dan de fok weer netjes en het huikje erop en dan het grootzeil. Het zeil gaat al iets beter naar beneden, maar het gaat nog steeds niet gemakkelijk. Nog steeds moet je aan de zeilen trekken. Moet de eigenaar maar eens echt iets aan gaan doen.
We leggen op een ietwat omslachtige manier de schokker op zijn plekje en dan begint het grote uitpakken. Alle spullen moeten weer van de boot op de kade gezet worden. Als alles op de kade staat lijkt het wel een halve vuilnisbelt. Al die tassen en zakken en slaapzakken en kistjes met schelpen.
Teunie en Carine gaan de auto even ophalen bij Appie. Daar heeft de auto de hele week gestaan. Als Teunie dan de auto voorrijdt en ik de achterklep open doe, ligt er achterin mijn kofferbak een haspel. Niet van mij, dus waarschijnlijk van Appie. Straks maar even bellen.
We drinken met elkaar nog een gezellig bakkie koffie en de jongens eten een patatje. Dan is het echt zover. Het onvermijdelijke afscheid is gekomen. Er wordt gekust en hier en daar wordt een traan weggepinkt. We kijken terug op een leuke week zeilen met elkaar. We hebben echt genoten. Het is allemaal zeer goed gegaan. Jammer dat het voorbij is, maar gelukkig hebben we de foto’s nog.
Ik bel nog even met Appie en zeg dat ik zijn haspel in de auto heb liggen en dat ik hem nog even wil brengen. Dan rijden we naar huis en rond acht uur zijn we thuis, Rob en Carine komen nog even een bakje koffie drinken. We wisselen nog even de foto’s uit en dan gaan ze naar huis. Het is nu echt voorbij.