Dag 4: Naar Ameland (Vanuit Terschelling)
Ik ben erg vroeg wakker. Ook nu weer blauw weer. Het wordt ééntonig. We liggen nog echt vast op het groene strandje. Als het water hoog genoeg is vertrekken we richting de haven van Terschelling. De havenmeester heeft ons toestemming gegeven binnen te komen. Tenminste dat denken wij. Hij komt in zijn snelle bootje op ons toegesneld en we krijgen onderuit de zak. Hij had nog zo gezegd dat we moesten wachten. We weten van niets, maken onze excuses en gaan toch gewoon aanleggen bij de Willem Jacob, een beurtschipper die je van eiland naar eiland brengt. Om negen uur gaat hij weg, dus dan moeten wij ook weer terug zijn. Rob en Carine gaan boodschappen doen en de vuilnis weggooien. Teunie haalt nog een postzegel en koopt nog wat leuke oude stripboekjes en rond half tien vertrekken we dan echt. Buitengaats hijsen we de zeilen en varen we met een knoop of 4 richting Ameland.
Richting Ameland lijkt of je er zo naartoe zeilt, maar niets is minder waar. We moeten toch met een hele bocht naar Ameland. Terschelling ligt geruime tijd aan bakboord terwijl we in de verte Friesland zien liggen. De wind neemt steeds meer af en we varen meer op de stroom dan op de wind. Ten noorden van de Koffieboonenplaat varen we ons het strand op. Ook nu weer anker naar beneden en de trap weer langs de boot. Het strand is echt mooi. We zijn echt op het uiterste puntje van Terschelling. Ik ben nog nooit zo ver Terschelling op geweest. Enig nadeel van dit plekje is dat er van die vreselijke steekvliegen zitten en omdat wij natuurlijk de enige mensen in de buurt zijn moeten ze ons hebben. Karel maakt nog een enorm kasteel op het strand.
De wind neemt toe en het wordt weer vloed. We starten de motor, volgas achteruit en na een paar minuten liggen we weer op koers richting Ameland. De zeilen weer omhoog en gaan. Dan knapt de grootschoot. Het blok bengelt aan de giek en het touw ligt gescheurd in de kuip. Snel een noodtouw aan de giek en we zeilen gewoon, of er niets gebeurd is, weer verder. Ondertussen maakt Bas de grootschoot weer voor elkaar.
Dan gaan we overstag en het zit ons niet mee. De fok moet van de haak af en dan weer op een andere haak gezet worden. Het is bijna net zo handig als op de botter. Dus niet. Maar goed we redden ons ermee. Als we voor de haven van Ameland zijn strijken we eerst de fok. De fok wil bijna niet meer naar beneden. Flink er aan trekken helpt behoorlijk, maar is wel vermoeiend. Dan het grootzeil. Het grootzeil wil al helemaal niet naar beneden. We deinen volop tegen de wind met een groot klapperend zeil. Uiteindelijk na veel sjorren krijgen we het grootzeil naar beneden. Moet toch morgen even naar gekeken worden.
We varen de haven van Ameland in en gaan naast de Dageraad liggen. De schipper van de Dageraad zegt tegen ons dat we dan wel morgenvroeg 7 uur even aan de kant moeten voor de buurman charter. Het is niet anders. Na het afmeren het traditionele tafereel: walstroom aansluiten en water tappen. Met zeven mensen aan boord drink je toch ongemerkt veel water. Water voor koffie, drinken en handen wassen na het zwemmen in het zoute water.
Teunie en Carine hebben ondertussen het eten klaar en we genieten weer van een lekkere maaltijd. Wat was dit ook weer een schitterende dag. Morgen volgens de berichten ook nog zo’n dag en dan is het vrijdag voorbij of misschien zaterdag. Dat laatste hoop ik dan maar. We zullen zien.