Dag 3: Naar Terschelling (vanuit Vlieland)
Ik ben weer rond 7 uur wakker. Het is weer geheel blauw en de zon schijnt al heerlijk. Na het douchen ga ik met Teunie en Floris een rondje lopen. We klimmen over het duin en dan zien we aan de vloedlijn een tentje staan. Floris rent er naartoe en vraagt aan de man of hij hier geslapen heeft. Het antwoord is ja. Dat vindt Floris stoer.
Teunie loopt langs de vloedlijn en is op zoek naar schelpen. Ze heeft na een tijdje het schepnet al behoorlijk vol. In de verte zien we Rob en Carine aankomen. Als we elkaar tegenkomen lopen we met elkaar terug naar de boot.
Om tien uur starten we de motor en varen de haven uit. Buiten de haven hijsen we de zeilen en gaan we richting Terschelling. Er staat niet veel wind, maar de stroming is wel sterk. We worden helemaal weggezet en we halen elke keer nog maar net de boei. Om 2 uur geven we het op. We laten de Schokker op een zandbank lopen. Het water is mooi schoon en je ziet de bodem al. Het lijkt niet veel water, maar de diepgang van de Schokker is 1.30m. Dus toch nog best een redelijk beetje water. We zetten de ladder uit de boot en Karel gaat als eerste het water in. Het trekt het anker nog een beetje verder van de boot en dan liggen we een paar uur op het wad.
Wad is dat leuk. Een beetje door het ondiepe water lopen en overal kijken of er leuke schelpen liggen. Je ziet de wereld aan heremietkreeften met een “geleend” huisje. Vlak bij ons verschijnt er een zeehond. Het lijkt of ie erg nieuwsgierig is, maar dat zal vast niet zo zijn.
Zo rond vijf uur komen we weer los te liggen. Bas zet de motor aan en we gaan flink achteruit. Omdat we nog niet helemaal los zijn is het nog een heel werk voordat we uiteindelijk los zijn. Na een paar minuten varen zitten we weer vast en gaan we maar weer een stukje achteruit en dan weer naar dieper water. We hijsen de zeilen en varen nu richting Terschelling. We horen over de marifoon dat de haven echt vol is en dat betekent dus dat we gaan liggen op het groene strandje waar we weer droog zullen vallen. Tot half tien stijgt het water nog iets en daarna wordt het goed eb.
We moeten onze bijboot nu uit de “stalling” halen. Ergens voorin ligt een voetpomp en na een tijdje hebben we de boot vol lucht. We missen de peddels en als we de eigenaar bellen dan moeten ze wel op de boot zijn. Dus helaas pindakaas. Dan maar de pikhaak gebruiken. We zijn net de gondelvaarders uit Venetië. Het ziet er leuk uit.
We gaan met z’n allen aan land en eten in een luxe driegangen snackbar een lekker patatje en als toetje een milkshake. Dan gaan de jongens, Rob en Bas naar cafe Lieman en drink ik samen met Teunie bij de Walvis een lekker bakje koffie.
Het is al behoorlijk donker als we met de bijboot teruggaan naar de boot. Ik doe mijn shirt uit en duw de bijboot gewoon terug naar de boot. Het water is gezakt tot iets minder dan 1 meter. Het is dus goed te doen. Rob gaat in het donker nog weer terug naar Bas en de jongens en Teunie. Carine, Floris en ik duiken lekker de kooi in. Morgen weer een zonnige dag in het vooruitzicht. Wat een machtige vakantiedag. Ik droom al mooi weg. Tot morgen.