De winterreünie voor de donateurs en leden van de Vereniging Botterbehoud wordt dit jaar gehouden in Volendam, op zaterdag 3 februari 2018.
Het begon zo …
“Toen Edam na 1357 een nieuwe en kortere west-oost verbinding van het Purmermeer naar de Zuiderzee groef, kon de oude havenmond “vol” of dicht gemaakt worden. Zo begint de geschiedenis van Volendam met het maken van een dam of een afsluitdijk.
Weldra vestigden zich naast de boeren, die langs de oude dijk woonden, enkele vissers op deze dam. Vijf eeuwen lang was hun nederzetting niet meer dan een vergeten vissersdorpje. Zo handhaafde zich hier in een haast volkomen isolement de oude gewoonten, de klederdrachten en het oude katholieke geloof. De oude Volendammers bouwden hun huizen op palen, want de zee sloeg vaak over de huizen heen. De geschiedenis van Volendam speelt zich dus af tussen het leggen van twee afsluitdijken. De eerste van 1357, de tweede van 1932. Langs de eerste dijk bouwden de Volendammers hun huizen.
De tweede dijk zette een streep onder de uitbreiding van Volendam als vissersdorp. Van de vloot van 240 vissersschepen resteert nog een 20 tal IJsselmeervissers en een achttal Noordzeevissers. Het dorp handhaafde zes eeuwen zijn karakter, dankzij een volkomen isolement, en de taaie levenskracht van de vissers. Dat kon geen afsluitdijk vernietigen.
In Volendam begon men in de 19e eeuw met een nieuw soort net te vissen (zgn wonderkuilen vissen) dat tussen twee kruislings gespreide bomen de bodem afschraapte. Dit zakvormige kwaknet stelde hogere eisen aan de traditionele botter en resulteerde in een groter schip (kwak genaamd) met langere bun. Volendammer kwakken varieerden in lengte van 15 tot 18 meter. Door deze grotere schepen en de gehanteerde visserij methode waren de “Volendammers” niet altijd even geliefd hun bij hun collega Zuiderzee vissers. Er liggen nog 4 kwakken in de haven.