Zondag 14 oktober. Cherbourg – Guernsey (46 Nm) (fotos). Het is een uur of acht als ik wakker wordt. Net als iedereen. We maken het ontbijt klaar en maken ons klaar voor vertrek. Aan Anne de eer om voor het eerst naar buiten te varen. Iedereen krijgt zijn taak en Anne deelt de commando’s uit onder het wakend oog van Peter.
Het is geen ingewikkelde haven. Het bestaat uit twee delen. Een binnen- en buitenkom. In de buitenkom hijsen we de zeilen. Er staat een mooi windje (kracht 4) en de zee is tamelijk rustig. Een mooi begin om ingeslingerd te raken. Ik geniet van het glooiend landschap. De zon schijnt en dat maakt alles ook zo lieflijk. Ondertussen zeilen we met zo’n 7 knopen richting Alderney, het eerste Engelse eiland voor de kust van Frankrijk. We zoeken naar een toren, maar kunnen deze niet echt goed vinden. We zouden dichter onder de kust kunnen zeilen, maar in onze zoektocht naar de toren zijn we toch al wel een eind uit de kust geraakt. We besluiten na een mijl of 16 door de race of Alderney te gaan. De race is een stuk water waar het flink kan spoken voor wat betreft de stromingen. Je hebt daar zomaar 6 tot 10 knopen stroom. En die moet je dus niet tegen hebben. Dan zeil je echt achteruit. Maar wij hebben geluk. Richting Guernsey hebben we de stroom mee. Door het water dus zo’n 7 knopen. Over de grond dus iets van 13 knopen. Dan is Guernsey echt dichtbij.
Na de race gaan we richting Guernsey. Het mooie van dit deel is dat je de stroming soms gewoon kunt zien. Er is heel wild water, maar er zijn ook stukken helemaal glad. Daar zie je gewoon de stroming.
We gaan rechts langs Herm, een klein eiland voor Guernsey. Het is een mooi breed water met hier en daar wat rotsen die net boven de waterlijn uit komen. Oppassen geblazen dus. Plots valt onze pikhaak overboord. We doen onaangekondigd een man over boord oefening. Het gaat goed, maar we waren toch al verraderlijk dichtbij de rotsen. In de verte zien we Guernsey al liggen. We zeilen mooi ruime wind richting St. Peters Port. Voor de haven strijken we de zeilen en varen langzaamaan richting onze ligplaats voor de komende nacht. Deze haven loopt voor een groot deel leeg. Er blijft maar een kleine meter water staan en dat is voor onze boot toch echt te weinig. Vandaar dat er een havendeel is met een drempel. Achter de drempel is , afhankelijk waar je in de haven gaat liggen, voldoende water voor ons. Wij liggen aan de tweede steiger.
Berry legt de boot aan, maar Peter is niet tevreden. Dat moet netter aan de steiger. We liggen nu scheef. Door hier en daar wat met de voor en achterspring aan te trekken of los te laten, ligt de boot uiteindelijk na 15 minuten recht aan de steiger, een machtig gezicht. Peter tevreden en wij ook.
We gaan uit eten in Guernsey. Nu we er toch zijn. Het is zondag en dat is te merken ook. Alles is natuurlijk dicht. En wij zijn op zoek naar een eettent van Arnold. We lopen 2 keer de boulevard op en neer, maar de tent is niet te vinden. Dan maar ergens anders eten. We vinden een gezellig restaurant. We bestellen allemaal hetzelfde, behalve Andre, maar die krijgt uiteindelijk toch hetzelfde als wij eten. Wat hij wilde hebben was er niet meer. Helaas.
We lopen terug naar de boot. In het douchegebouw hangt een tv waar de wind wordt getoond. Het wordt morgen een mooi dagje met wind. Als het meezit iets rond de windkracht 7. Wel heftig, maar we zullen zien.
We maken een plan voor Alderney. We doen een lange route. We gaan via Herm en Sark naar Alderney. Misschien ook nog even ankeren op Sark en daar wat rondlopen. We zullen het wel zien.
We kletsen de avond vol en rond een uur of twaalf duikt iedereen weer zijn nest in. Morgen weer een dag.