Om acht uur zijn we wakker. Om half negen is er bij de molen van Harderwijk een schippersontbijt. We zijn mooi op tijd. Om kwart voor negen zitten we aan het brood met spek en ei. Lekker vet en niet goed voor Sonja.
Ook nu is er weer om half elf een pallaver. We zijn te laat. Dit keer is de smoes “De brug stond open” geen smoes. We moeten wachten voor het brugje over de haven. Uiteindelijk horen we nog net de laatste 10 zinnen.
De wind is iets meer dan gisteren en zo nu en dan zit er een uitschieter bij. Het is net geen windkracht vier. Â
Vandaag staat in het teken van de eszet-beker. Vijf steden (Urk, Elburg, Huizen, Harderwijk en Spakenburg) strijden om deze beker. De rest van de vloot vaart een vlootschouw tocht op het Wolderwijd. Komt er eigenlijk praktisch op neer dat het vrij zeilen is. Eind tijd is altijd vier uur, omdat er dan gesalueerd moet worden voor de admiraal.
De Admiraal tijdens deze 25e Visserijdag is mevrouw M.H.H.van Haaren-Koopman, gedeputeerde van de Provincie Gelderland. In de haven ligt dan een botter van Harderwijk (HK172) en je moet dan voor de admiraal je fok laten zakken en de groet brengen. Alle botters komen dan binnen op nummer. De opperspreekstalmeester maakt er altijd weer een heel festijn van. De mensen op de kade genieten er zichtbaar van.
Dan rond half vijf liggen we weer afgemeerd en verlaat het gezelschap ons weer. We ruimen nog wat op. Zetten de vuilniszak aan de kade en vertrekken richting de Italiaan. We gaan met beide families lekker uit eten. Ik neem een lasagne (heerlijk) en we drinken nog een bakje cappucino en laden dan de spullen weer in de auto. Maandag varen we de botter terug naar Elburg, maar voor vandaag houden we het voor gezien. We kijken weer terug op een fantastische dag.