Vandaag onze laatste dag. We moeten van Roger er gewoon niet aan denken dat het aan het einde van de dag echt is afgelopen. Dus dat doen we dan ook maar niet. Ik ben om kwart over zeven wakker en sta om half acht onder de douche. Ik ga na het douchen even met Teunie naar het zwemstrandje van Sint Annaland kijken.Teunie is er nog niet geweest. We maken met onze handdoeken de bank droog en we zitten samen lekker in de ochtendzon. Het wordt een schitterende dag als je de weerberichten mag geloven.
Ook Roger gaat even douchen. Hij hangt zijn rugzak al vast in de douchcabine en moet dan toch even naar de WC, Als hij terugkomt heeft iemand zijn tas buiten gezet en die staat nu te douchen. Het moet ook niet gekker worden met die zeilers. Roger trekt zichzelf omhoog. De man schrikt zich een hoedje dat er iemand over het deurtje meekijkt. Dat zal hem leren.
We eten weer lekker buiten. Dan komen Karel en Coen met de meisjes van gisteravond aanlopen op de steiger. De meisjes stellen zichzelf voor, de één is 16 en de andere 13, ze komen uit Emmen en we nodigen ze uit om even op de boot te komen zitten. Na enig aandringen doen ze dat. Het zijn twee hele leuke meisjes (good looking) en ze vinden het maar niets aan in Sint Annaland en dan met name de camping. Hun huisje is misschien wel leuk, maar er is in Sint Annaland helemaal niets te doen voor twee van die leuke meisjes. We vragen of de meisjes het leuk vinden om mee te gaan naar Willemstad. Ze sturen een sms-je naar de vader (die moet ze daar dan weer ophalen) en het antwoord is een duidelijk nee. Achteraf gezien ook wel goed dat het niet mocht. Dan vertrekken we. De meisjes zwaaien ons uit en Karel en Coen sturen ze daarna nog diverse sms-jes.
We hijsen de zeilen en varen aan de wind richting de krabbersluis. Het gaat nog best lekker. Er staat niet veel wind, maar we varen toch nog een kleine 6 knopen. Bij de krabbersluis moeten we over een zout-zoetwater drempel in de sluis. Die drempel ligt nu op 2 meter 22. Onze kiel steekt 2.20m. Twee centimeter speling is niet veel maar speling is het wel. Dan zakt de drempel (eigenlijk het water) naar 2.12m. Nu kunnen we niet meer doorheen en moeten we wachten op hoogwater en dat is over 4 uur. Roger belt nog even met de eigenaar en we steken 2.10m. Dus toch nog 2 cm speling. We varen heel erg rustig de drempel over. We horen niets en dus zijn we er over heen. Wat een geluk. Als we in de sluis liggen zien we het water nog dalen naar 2.06m. Dus 10 minuten later in de sluis en we hadden er niet meer ingekund. Wat en timing van onze Roger.
Op het Volkerak rollen we de fok op en hijsen we de gennaker, een heel mooi dun a-symmetrisch zeil. Als de gennaker gehezen is lopen we op slag 3 knopen harder. Wat een mooi gezicht zo’n groot zeil voorop de boot.
Bij de folkeraksluisen strijken we voor de laatste keer de zeilen en nu vouwen we ze erg netjes op. Na de Volkeraksluizen varen we naar het bunkerstation waar we voor een kleine 60 euro diesel tanken. Valt mij reuze mee. Dan naar de jachthaven “De batterij”, de thuishaven van de Dufour 40. Er ligt nog wat cola op de tafel en Roger wil graag dat Karel dat even schoonspoelt. De eerste emmer gaat over de tafel de tweede emmer krijg ik over mij heen. Leuk grapje van Karel. Iedereen moet er in ieder geval hard om lachen. Ik ook wel hoor, maar ik was zo geconcentreerd dat ik het niet zag aankomen. Ik droog vanzelf wel weer op. Karel vaart de Faro de box in. Best een lastige box en het lukt Karel dan toch maar. Als de boot goed vastligt, gooien we al spullen in een karretje en daarmee is de vakantie definitief voorbij.
Roger maakt onze diploma’s voor elkaar: Teunie en Karel CWO1. Ikzelf CWO2. Eindelijk een zeildiploma. We nemen afscheid van Roger. We zeggen dat we contact houden en rijden met elkaar in net geen 2 uur weer naar Wezep.
We zijn moe maar voldaan. We kijken terug op een schitterende week zeilen met een hele leuke schipper. Als het kon had ik zo nog een week er aan vastgeknoopt. Ik ben deze week ook wel een beetje van botterboy verhuisd naar dufour40boy. Zo’n jacht is dan misschien wel van plastic, maar wat zeilt dat fantastisch. Als ik morgen het geld had, kocht ik gisteren zo’n boot.
Nu weer terug naar de werkelijkheid, maar gelukkig hebben we de foto’s nog, zal ik maar zeggen.